De juiste plaatsing van de lont is essentieel voor een veilige, goed brandende kaars. Als de lont te ver naar één kant is geplaatst of als de lont overhelt, kunt u een kaars krijgen die slechts aan één kant brandt. In sommige extreme gevallen kan de lont te dicht bij de zijkant van de pot komen en het glas oververhitten, waardoor het versplintert.
Gebruik een kaarslontsteker
Het gebruik van een lontzetter in uw pot is een gemakkelijke manier om ervoor te zorgen dat uw lont in het midden van uw pot wordt geplaatst. Deze kunnen ook gemakkelijk worden gebruikt voor kaarsen met meerdere lonten, en zorgen ervoor dat de afstand tussen de lonten gelijkmatig is.
Maak uw eigen kaarsengids
Als je geen lontzetter hebt, kun je je eigen lontplaatsingshandleiding maken. Voor doorzichtige containers kan uw gids onder de pot zitten. Gebruik voor niet-doorzichtige verpakkingen een dikker stuk papier, zoals karton, om het hanteren te vergemakkelijken. Teken je container op een stuk papier en zoek het midden door een verticale lijn en een horizontale lijn in het midden te trekken. Plaats je lont over het middelpunt op je geleider en teken het lipje over. Voor doorzichtige potten leg je je nieuwe aangepaste plaatsingsgids onder de pot en gebruik je die om de lont in het midden van de pot te plaatsen. Voor niet-doorzichtige containers volgt u dezelfde procedure als hierboven. Nadat je de omtrek van het lipje hebt overgetrokken, prik je met een satéprikker een gat in het midden dat groot genoeg is voor de lont. Rijg de lont door het gat van beneden naar boven zodat het lipje van de lont onderaan onder de plaatsingsgeleider zit. Plaats de lont en de geleider in de container en druk de lont naar beneden. Verwijder voorzichtig de geleider.
Houd de kaarslont strak.
Als je je lont opzet, moet je hem strak trekken. Als hij te los zit, kan de lont buigen en uit het midden verschuiven als de kaars stolt.
